Mijn Belgische tweelingzus
Een tijdje geleden werden wij door een verzekeraar uit België benaderd om te bemiddelen in twee schadezaken. Een van die zaken betrof een aanrijding, waarbij een bij hen verzekerde Volvo van een Belgische onderdaan, genaamd Herman Verbaesen, in Breda een aanrijding had veroorzaakt.
De veroorzaker was laf genoeg doorgereden, terwijl de benadeelde partij ook nog eens letsel had opgelopen.
De andere zaak betrof een aanrijding waarbij dezelfde Volvo was betrokken en waarbij een benzinepomp schade had opgelopen.
Van die aanrijding waren beeldopnames en de veroorzaker had zich bij de pomphouder gemeld. Hij had zijn persoonsgegevens achtergelaten en die werden op een schadeformulier ingevuld.
Verder had hij een kopie van zijn identiteitskaart achtergelaten; een man van een jaar of 35, helemaal kaal (niks mis mee), een snorretje. Type bodybuilder, om maar even een beeld te creëren. Laten we hem Rinus van der Bouw noemen.
Onze opdrachtgever was in beide gevallen aansprakelijk gesteld, maar kwam niet verder met deze zaak. De verzekerde partij in België werd benaderd en deze begreep er niets van. Hij had in de loop van een aantal maanden ook bekeuringen uit Nederland binnengekregen en daar kwam hij niet of nauwelijks. Bij enkele van die bekeuringen waren door Justitie foto’s van het veroorzakende voertuig meegestuurd. De Belgische verzekerde Verbaesen zag zijn eigen kenteken op enkele foto’s terug. Vreemd, want dat was zijn auto helemaal niet. De bekeuringen kwamen uit Dordrecht, Breda, Oosterhout en Rotterdam. Herman Verbaesen was daar de laatste jaren zeker niet geweest.
Hij wist echter ook niet hoe hij nu wel moest aantonen dat hij die bekeuringen niet zèlf had opgelopen. Het maakte de 80-jarige Herman en zijn Mieneke van 75 jaar meer dan onrustig.
De Rijkswacht was inmiddels al ingeschakeld door de politie in Dordrecht en Breda om te horen wat brave Herman allemaal kon vertellen. Dat was niet veel, alleen dat de auto op de hem toegezonden foto’s écht een heel andere was dan die hij altijd achter zijn villa in zijn ondergrondse garage parkeerde.
De opdrachtgever legde mij deze zaak voor en vroeg of ik kon kijken wat ik hiermee kon ondernemen.
Eerst alle stukken maar eens goed doorgenomen met als basis het schademeldingsformulier van de aanrijding bij de benzinepomp, inclusief de persoonsgegevens van Rinus van der Bouw.
Daaruit bleek een adres in Breda. Dus op naar Breda op een sombere zomermiddag anno juli 2011. Eind van de middag reed ik de straat in waar Rinus zijn verblijfadres had en ja hoor, daar stond een prachtige Volvo met Belgisch kenteken voor de deur. Ik reed de straat door, keerde direct om de hoek en reed in tegengestelde richting terug.
Op een afstand van 100 meter zag ik dat alle alarmlichten van de Volvo gelijktijdig oranje kleurden. Dit betekende simpelweg dat er iemand aankwam met een afstandsbediening van de centrale vergrendeling en vrijwel zeker ook een autosleutel! En… dat gebeurde ook. Ik heb al heel wat vreemde en onrustige mensen mogen aanschouwen, maar deze man paste zeker in de Top 10 van vreemde snoeshanen! Ik heb nog nooit iemand zo vaak in korte tijd zo schichtig om zich heen zien kijken!
De man werd door mij al snel herkend als Rinus van der Bouw, degene die de aanrijding bij de benzinepomp in Dordrecht had veroorzaakt. Gekleed in een zwarte trainingsbroek, sportschoenen, zwart shirt en dito jack en een immens grote gouden ketting met grove schakels tot bijna op zijn (bier)buik liep hij naar de auto, in startte deze en reed erin weg, samen met een jonge vrouw en een klein kind. Alle ramen open en een forse snelheid vielen erg op aan zijn rijstijl. Ik kon de auto op enige afstand met wat verkeerstrucs volgen.
In een nabijgelegen winkelcentrum stapte het bijzondere trio uit.
Rinus keek ook toen weer veelvuldig en zeer onrustig om zich heen. Na enige tijd ging ik naar de Volvo en nam snel wat foto’s van bijzondere zaken aan de auto: trekhaak, velgen in een soort honingraatmotief, handgeschakelde versnellingsbak.
Vervolgens mijn bevindingen telefonisch gedeeld met de opdrachtgever en de afspraak gemaakt dat wij enkele dagen later naar België zouden afreizen om onze klant Verbaesen thuis te bezoeken. Zo gezegd en zo gedaan. Op een zonnige vrijdagmorgen kwamen wij na twee uurtjes rijden net over de Nederlandse grens in een prachtig stadje aan. Bevolkt door Nederlanders die daar na hun arbeidzame leven hun toevlucht hebben genomen.
Onze Belgische cliënt was druk doende zijn gazon en aangrenzende perken te cultiveren en zijn echtgenote was met de Volvo weg naar de kapper. Of de heren een kopje koffie wilden met een koekje van Belgisch deeg? Dat lieten wij ons uiteraard geen twee keer zeggen en in afwachting van Mieneke Verbaesen nestelden wij ons in de serre van de villa. Zij kwam al gauw met de voiture aangereden en… die was voorzien van hetzelfde Belgische kenteken als van de Volvo die ik eerder bij Rinus in Breda voor de deur had aangetroffen!
Met alle mogelijke medewerking maakte ik foto’s van alle zaken die het verschil tussen de uiterlijk identieke twee Volvo’s konden maken. De Volvo van onze Vlaamse Herman had echter geen trekhaak, wel parkeersensoren, 5-spaaks velgen, een automatische versnellingsbak en nog enkele andere, wat kleinere verschillen met de in Breda op de digitale plaat vastgelegde Volvo.
Op naar de volgende stap. De maandag erna ging om 4.15 uur de wekker waarna na een opbeurende douche en een (eerste) bak koffie de reis naar Breda werd aanvaard.
Rond 6.00 uur kwam ik in Rinus’ straat aan en gelukkig stond de Volvo nog voor de deur. Goede raad werd nu wel duur, aangezien mij niet bekend was of Rinus wellicht ergens heen moest.
Ik belde de politie die mij verzocht naar het hoofdbureau te komen, want dit was toch wel een vreemde zaak.
Ik liet de behandelend politieman Frits Roos de door mij gemaakte foto’s zien, gaf een uitgebreide toelichting en sprak mijn vermoeden uit dat de auto in Breda wel eens een gepikte kon zijn, voorzien van een vals Belgisch kenteken. Nu werd het interessant en al snel werden twee politiewagens met vier man blauwe bevolking naar het woonadres van Rinus gestuurd. Gelukkig stond de Volvo nog steeds voor de deur en na een korte politie-actie werd Rinus thuis aangetroffen, aangehouden en meegenomen voor onderzoek.
De Volvo werd onderzocht en bleek inderdaad gestolen te zijn bij een woninginbraak in 2009 te Oosterhout, waar deze met sleutel mét afstandsbediening was buitgemaakt. Bingo!
In 2009 had deze auto nog een Nederlands kenteken, dus het aanwezige Belgische kenteken moest een vals kenteken zijn.
Nieuwsgierig Aagje als ik ben, heb ik later contact opgenomen met de recherche van de politie in Breda. Deze vertelde mij dat Rinus de heling van de auto had bekend, evenals de aanrijding met letsel in Breda en ook de aanrijding bij de pomp in Dordrecht.
Wat betreft de bekeuringen krijgt Rinus nog wat post van ons aller Justitiële apparaat. Wij konden de verzekeraars van de woninginbraak, van de letselzaak en van de aanrijding bij de benzinepomp weer blij maken. En onze opdrachtgever in Brussel weet dat ze een brave Herman Verbaesen als klant in de boeken hebben.